In een hospice, ook wel hospitium of verblijf huis genoemd, worden ongeneeslijk zieken tot aan hun overlijden verzorgd. In Zambia zijn er wel hospices voor hiv/aids patiënten maar niet in het oosten van het land, dus ook niet in Chipata. Ook is er een enorme toename aan jonge vrouwen met baarmoederhalskanker die terminaal zijn omdat het te laat wordt ontdekt. Terminale patiënten worden naar huis gestuurd, waar vervolgens geen middelen zijn om hen goed te verzorgen. De families hebben geen geld om de juiste voeding en medicijnen te kopen. Er is een tekort aan mensen die de zorg op zich kunnen nemen en er zijn geen bedden en verpleegmaterialen. Het komt voor dat mensen helemaal alleen door honger en dorst sterven. Daarnaast kan het hospice ook dienen als tijdelijke opvang voor ernstig zieke mensen die recent ontslagen zijn uit het ziekenhuis maar nog niet naar huis kunnen.
Leon Imandt, projectmanager van Zambia Health Care, werkte 1,5 jaar in de regio van Chipata. Anjo Schuite, arts en psychiater, werkte een 5 weken mee om te kijken hoe erg de behoefte aan een Hospice was. Anjo heeft ook praktijkervaring in de verpleging in Afrika (Tanzania) en heeft zich met Leon de situatie in Zambia / Chipata erg aangetrokken. Samen met Leon, de ziekenhuizen en mensen van het bisdom had hij zich tot doel gesteld een Hospice te realiseren voor terminale patiënten in Chipata.
Anjo vond in zijn netwerk een aantal maatschappelijk betrokken bedrijven om een model voor het Hospice te ontwikkelen. Met de hulp van Erno Langenberg, Robert van Kats (architecten) en medewerkers van DWA (installatie- en energieadvies) is een zeer doelmatig, sustainable concept ontwikkeld: een niet mechanische airconditioning op basis van technieken uit termiet heuvels geleerd zorgen voor een gelijkmatige temperatuur en ventilatie; door een dak met zonnepanelen is het Hospice onafhankelijk van het elektriciteitsnet; door het dakwater op te vangen kan dit gebruikt worden voor het sanitair en schoonmaak werkzaamheden. Het Hospice bestaat uit een centrale unit met 12 kamers met ruimte voor 2 bedden, een toilet en een stoeldouche. In de centrale unit bevinden zich alle instrumenten en medicamenten. Op ooghoogte is er een volledige doorkijk mogelijk, zodat slechts 1 verpleegkundige alle patiënten in alle kamers met 1 oogopslag goed in de gaten kan houden. Door de korte loopafstanden kan er snel gereageerd worden, liggen de materialen dicht in de buurt van de patiënten en is er dus minder verzorgend personeel nodig.
Voorwaarde voor de bouw, het onderhoud en de exploitatie, is dat het door lokale mensen moet kunnen worden uitgevoerd met lokale materialen. Dit zorgt voor inbedding in de lokale gemeenschap. Het Hospice is (energetisch en qua water) zelfvoorzienend. Uiteraard moet het Hospice (als de pilot is gebouwd) realiseerbaar zijn tegen lage kosten.
Voor een goede kijk in het concept zie de 3D Animatie van het Hospice.